ЛАВОЧКА: значение слова

Начните вводить слово:
Нажмите сюда, чтобы развернуть список словарей

Русско-голландский словарь

ЛАВОЧКА

ла́вочка
f
1 kleine zitplank/ligplank (in изба́; langs de mureń )
2 Spreek. (scherts, voor bedrijf(je)) tent, zaak
закры́ть́ ла́вочку Spreek. ( ovdr. ) — de tent slúiten, er de brui aan géven, de pijp aan Maarten géven, ópgeven;
по пья́ной ла́вочке Stijl. — in de ólie, met een stuk in z'n kraag

3 Spreek. ( ovdr. ) duistere praktíjk, lóuche zaakje het
э́то одна́́ ла́вочка — dat is één pot nat