ЗАНЯТЬ: значение слова

Начните вводить слово:
Нажмите сюда, чтобы развернуть список словарей

Русско-голландский словарь

ЗАНЯТЬ

заня́ть
( pf b/с 1. (йм); if занима́ть; tr. )
1 (y [2])lénen van
заня́ть у всех/знако́мых/сосе́дей — léentjebuur spélen;
о́пыта́ [3] не занима́ть — genóeg erváring hébben;
заня́ть под́ высо́кие проце́нты — tégen een hoge rénte lénen;
уве́ренности́ в свои́х си́лах [3] не занима́ть — een grénzeloos zelfvertrouwen hébben

2 [bep. rúimte/tijd] in beslag némen, ínnemen;
[bep. rúimte] besláan;
[bep. tijd] dúren;
[huis] bewónen;
[ambt, posítie, post] bekléden: [fúnctie] vervúllen;
mil. [gebied/ …] bezétten, ínnemen
заня́ть мно́го вре́мени́ — veel tijd kósten;
заня́ть дом/ кварти́ру́ без ордера́ [ — huis] kráken;
у [2] (аж) дух́ за́няло от [2] Spreek. — het benam iem. de ádem;
заня́ть ме́сто́ — plaats némen;
( ovdr. / sport. ) — posítie kíezen, z. ópstellen;
заня́ть ма́ло /немно́го /мно́го ме́ста — weinig/veel plaats ínnemen;
заня́ть ме́сто за столо́м — aan táfel plaats némen;
заня́ть после́днее ме́сто́ sport. — onderáan staan;
заня́ть пе́рвое ме́сто́ sport. — z. als eerste pláatsen, eerste wórden;
заня́ть пе́рвое ме́сто в [6] — op de eerste plaats staan van [ránglijst];
заня́ть чьё-ли́бо ме́сто́ ( m.b.t. — zítplaats, fúnctie) iem.s plaats ínnemen, in de plaats kómen van iem./iets;
iem.s taak óvernemen;
ме́сто уже́ за́нято — die baan is niet meer vrij;
заня́ть [3] ме́сто́ — een plaats voor iem. reservéren/vríjhouden;
заня́ть призовое ме́сто́ sport. — in de príjzen vállen;
не́ занима́ть [4] [ — telefóonlijn, rij, plaats] vríjhouden;
заня́ть пози́цию́ ( — in discússie, etc. ) een stándpunt ínnemen;
заня́ть выжидательную/нейтра́льную пози́цию — een afwachtende/neutrale hóuding áannemen, de kat uit de boom kíjken;
заня́ть ключеву́ю пози́цию — een sléutelpositie ínnemen;
заня́ть (определённую) пози́цию — stélling némen;
mil. posítie kíezen, in stélling líggen;
заня́ть пози́ции mil. — de stellingen betrékken;
заня́ть определённое положе́ние́ ( — maatsch.) een bepaalde posítie ínnemen;
заня́ть промежу́точное положе́ние — een tússenpositie ínnemen;
заня́ть про́чное положе́ние ( v. — iem., groep) vast in het zádel zítten;
заня́ть пост/ме́сто́ председателя — het voorzitterschap bekléden;
заня́ть ну́жный ряд́ ( — in het verkéer) vóorsorteren;
до́лго занима́ть телефо́н́ — de telefóon bezét hóuden

3 ([5]) onderhóuden, áangenaam bézighouden;
[kinderen] zoet hóuden (met);
betrékken bij
все его́ мы́сли за́няты [5] ( v. — hobby e.d. ) hij gaat er mee naar bed en staat er mee op